Obligoplafond Bruto Binnenlandse Staatsschuld.
Het obligoplafond van de Bruto Binnenlandse Staatsschuld is het nominaal bedrag in Surinaamse munt, dat gelijk is aan 15 procent van het nominaal binnenlands product. (Wet op de Staatsschuld artikel 3 lid 1). Tot de bruto binnenlandse Staatsschuld worden de geldende schuldverplichtingen aan ingezetenen gerekend, luidende in Surinaamse munt of in een andere muntaandoening, met inbegrip van waarborgverplichtingen (Wet op de Staatsschuld artikel 2 lid 2)
Obligoplafond Bruto Buitenlandse Staatsschuld.
Het obligoplafond van de Bruto Buitenlandse Staatsschuld is het nominaal bedrag in Surinaamse munt, dat gelijk is aan 45 procent van het nominaal binnenlands product. (Wet op de Staatsschuld artikel 3 lid 2). Tot de bruto buitenlandse Staatsschuld worden de geldende schuldverplichtingen aan niet-ingezetenen gerekend, luidende een andere muntaanduiding dan de Surinaamse, dan wel in Surinaamse munt, met inbegrip van de waarborgverplichtingen (Wet op de Staatsschuld artikel 2 lid 3)
Obligoplafond voor de totale bruto Staatsschuld.
Het obligoplafond voor de totale bruto Staatsschuld is het nominaal bedrag in Surinaamse munt uitgedrukt, dat gelijk is aan de som van de obligoplafonds voor de bruto binnenlandse en de bruto buitenlandse Staatsschuld en overeenstemt met 60 procent van het nominaal bruto binnenlands product (Wet op de Staatsschuld artikel 3 lid 4).
Verruiming Obligo Plafonds
Middels de Wet van 21 januari 2011, houdende wijziging de Wet op de Staatsschuld zijn de obligoplafonds aangepast naar 35 % van het BBP voor de Buitenlandse Staatsschuld en 25% van het BBP voor de Binnenlandse Staatsschuld.